Er heersen bepaalde overtuigingen rond het juiste tijd van opstaan en gaan slapen. De één zegt: “de ochtendstond geeft goud in de mond”, de ander zweert bij de late uurtjes als mooiste en meest productieve tijd van de dag. Wie heeft gelijk?
Dat hangt af van je chronotype, oftewel je biologische klok. Elk van ons heeft een interne klok, die ingesteld staat op een bepaald ritme. Ze stuurt je slaap/waak, je eetgedrag, je niveau van alertheid, je hormoonafgifte, etc. Je leest het al: je biologische klok heeft een immense impact op je dagelijks functioneren. Het is dus niet onlogisch dat rekening houden met die klok essentieel is als je je goed in je vel, fit en energiek wil voelen.
In de volksmond spreken we van een ochtend-, een dag- of een avondmens zijn. Dat klinkt je misschien bekender in de oren dan de term chronotype. Of jij jezelf identificeert met het een, dan wel met het ander type is vooral gelinkt aan hoe vlot je in de ochtend kan opstaan en wanneer je ’s avonds het liefst naar bed gaat.
De meerderheid van de mensen valt in de categorie ‘dagmensen’ en functioneert het best tussen 7.30u en 22.30u. Een kleine minderheid is echt een vroege vogel. De vroege vogel staat met plezier op rond 6u en ligt graag om 21u onder de wol. Een derde, ook eerder kleine groep, bestaat uit echte nachtuilen. Voor de nachtuil voelt 7u in de ochtend als midden in de nacht, en ze floreert met gemak tot 1u ’s nachts. Tot welke groep je behoort, ligt vast in je genen en valt niet te trainen. Je hebt het ermee te doen. Ingaan tegen dat ritme, omwille van werk, een partner die een ander ritme heeft, bepaalde voornemens als sporten op bepaalde uren, wreekt zich op een bepaald moment. Je gaat je vermoeider voelen, zonder dat je weet waarom.
Je chronotype ligt vast sinds je geboorte. Doorheen de fases in je leven kan je je biologische klok tijdelijk verschuiven. Bijvoorbeeld om uit te gaan als je jong bent, om vroeg op te staan als er kleine kinderen zijn, om je werkuren te volgen, enzomeer. Maar in se blijft het ritme dat het best bij je past en het dichtst bij je natuur ligt altijd hetzelfde.
Je chronotype kan je achterhalen door enkele weken in een prikkelarme omgeving te verblijven: geen gsm’s en emails, geen cafés, geen diepe gesprekken. Na enkele dagen kom je vanzelf in je natuurlijke ritme, als je het jezelf toelaat. Heel interessant om te zien wat er dan gebeurt. Ik volg je helemaal als je nu denkt: “gemakkelijker gezegd dan gedaan, want er zijn overal prikkels.”. Dat klopt. Dat toont hoe ver we zijn afgeweken van onze connectie met de natuur en met ons natuurlijke ritme.
Wist je dat de mens het enige zoogdier is dat zijn slaap bewust manipuleert? Met chronisch schermgebruik, met een drukke agenda, met activiteiten tot laat in de avond, met veel moetens en willens. Bijgevolg is de mens ook het enige zoogdier dat slaapproblemen kent. De andere zoogdieren volgen, behalve op momenten van acuut gevaar, wel steevast hun natuurlijke ritme.
Mogelijks ben je je er niet van bewust dat je je bioritme manipuleert. Veel mensen beschouwen zichzelf eerder als een avondtype en voelen, na een dipje, opnieuw meer energie naarmate de avond vordert, waardoor tijdig naar bed gaan moeilijk is. Maar is dat wel zo? Ben je echt een avondtype? De kans bestaat. Evengoed kan het echter zijn dat je je slaapstoffen blokkeert door langdurig schermgebruik, door te laat te sporten, door heel actief te blijven tot je bedtijd is gearriveerd. Daardoor verschuif je onbewust je biologische klok en krijg je een vertekend beeld over je chronotype.
Wetenschappers ontdekken steeds meer hoe belangrijk het is voor onze gezondheid, om je eigen biologische ritme te volgen. Dat niet doen geeft op lange termijn meer kans op overgewicht, kanker, hart- en vaatziekten en stemmingswisselingen.
Je chronotype achterhalen, als je twijfelt, kan op de volgende manieren:
- Kijk naar je ouders: welke types zijn/waren zij. Aangezien erfelijkheid een rol speelt kan je hier al wat informatie uit halen.
- Trek 3 weken de natuur in zonder afleiding. Neem je voor volledig te deconnecteren en laat schermen thuis (“ik ga op reis en ik neem niet mee …”). Het is heel boeiend om te zien welk ritme je na verloop van tijd automatisch gaat aannemen.
- Observeer je eigen gedrag: op welk moment van de dag stroomt de energie het meest, ben je het meest alert, voel je een energiedipje, etc.
- Vul de vragenlijst in die peilt naar je bioritme (hier). De uitkomst daarvan geeft je een beeld, waardoor je er rekening mee kan houden.
Wil je meer weten over de werking van je biologische klok en hoe je die kan optimaliseren om goed te slapen? Dan ben je van harte welkom in de online slaapcursus ‘Uitgerust ontwaken: jouw slaaptransformatie’. Ik neem je daarin heel graag mee in de wondere wereld van slaap. Je komt er alles te weten over hoe je beter kan slapen, zodat je opnieuw uitgerust wakker wordt. Meer info vind je hier.